Naar school

26 januari 2016 - Serrekunda, Gambia

Om 09.15 uur zaten we op de fiets op weg naar Sunrise Centre voor Gambian Education and Teaching Support, van het Engelse echtpaar, dat ouder is dan eerder gezegd. Zij is 77 en haar man 83 jaar en nog volop actief hier. Zij was leerkracht op een school voor speciaal onderwijs en hij accountant. We werden door hen rondgeleid en zagen dat ze echt op een andere manier werken dan dat we gewend zijn in Afrika. Al pratend hebben we dezelfde visie op onderwijs. Dat zagen we hier in de werkwijze een heel eind terug. In alle klassen waren we welkom en mochten we foto’s maken en filmen. We konden hier veel halen om in Kenia aan Nancy te laten zien en het mooie is nu dat door Afrikanen les gegeven werd en in het Engels. Dat zal haar beter aanspreken dan onze Nederlandse voorbeelden. Daarna zijn we naar Serekunda centrum gefietst waar het altijd heel hectisch is, je moet goed opletten dat ze je niet van de sokken fietsen. Het was een hele tocht en we passeerden de grote vuilnisbelt, die we al van verre zagen liggen door de dikke rookpluimen. Wat wel op viel nu dat het hek eromheen schoon was. Vorige keer hing het helemaal vol plastic, maar dat was allemaal weg. Dit is dus mede het effect van het verbannen van plastic door de president, hij heeft het hele land schoon laten maken, we zien inderdaad nergens meer plastic. Het SOS kinderdorp ligt recht tegenover de vuilnisbelt is die vieze rook. Op een terrasje in Serekunda zat een Nederlands echtpaar, dat met een chauffeur van een groene taxi daar op de markt geweest was. We raakten aan de praat en zei hadden een echte cultuurshock, de eerste keer in Afrika. Ze vroegen ons wat en we vertelden over het verschil tussen de gele en de groene taxi’s. De vrouw zei heel argeloos tegen de chauffeur waar over het ging en dat wij de voorkeur geven aan gele taxi’s. Alsof er kolen op het vuur gegooid waren, ging hij direct agressief tegen Ria in de aanval en werd héél boos. Dat wij bla, bla, bla, het kwam er op neer dat we hem zijn brood afnamen. Hoezo? De chauffeurs van de gele taxi’s moeten toch ook leven en vragen beduidend minder en zetten de toeristen niet af. Ook andere mannen naast het terras bemoeiden zich ermee en de chauffeur stond woedend op met zijn gasten en liep weg. Ook Ruud heeft betaald en we zijn weggereden naar een winkel met fietszadels. Daar kon hij zijn kapotte zadel omwisselen en we zijn binnendoor naar huis gereden via Camcel waar we ons dongeltje hebben opgewaardeerd, zodat we zelf weer op internet konden. Op het eind nog fruit gekocht bij twee dames langs de kant van de weg en verder heerlijk thuis gebleven. Yankuba had nog een sms gestuurd hoe het met ons was en we hebben laten weten dat alles gezegd is, hij en wij door moeten gaan en hij ons kan opzoeken in het appartement. Om 16.00 uur zou er een optreden zijn van het personeel, muziek en de kamermeisjes gingen dansen. Het werd ruim een half uur later en dat gaf ons mooi de tijd om het Nederlandse gezelschap waarin we ons bevonden, te observeren. Allemaal bejaarden, de meesten flink wat ouder dan wij, die vanmiddag in en rond het zwembad waren. De meesten komen hier al járen overwinteren, dat is beter dan achter de geraniums in de kou. De manier van dansen is hier wel heel apart en ze doen het heel geconcentreerd. Al met al een leuk vermaak en daarna zijn we gaan eten in Kololi. Ieder een bord rijst met kip en een drankje 150 Dalasi, € 3,45. De buurman klaagde steen en been dat alles zo duur is, Gambia is de laatste jaren wel snel duurder geworden en hopelijk gaan ze zich niet uit de markt prijzen, dan gaan al die overwinteraars vast op zoek naar een goedkopere mogelijkheid. Ook de supermarkten, die grotendeels in handen van Libanezen zijn, hanteren Europese prijzen. Spullen die geïmporteerd worden uit Europa zijn natuurlijk nog duurder. Het vreemdste is de Cola Light: die kost het dubbele van gewone Cola. De toeristen zijn een echte melkkoe: ze durven gerust voor een dagtocht met twee personen, zonder blikken of blozen, € 138 !!!!, is 6000 Dalasi, te vragen. Een gemiddeld maandloon is 2000 Dalasi. Een tweedaagse kost dan weer het dubbele. Een Engelsman verzuchtte ook al dat het niet zo goedkoop is als gezegd werd. Het is pas goedkoop als je verder van de toeristenkust weggaat, dan kun je goedkoop eten en drinken. Een biertje in het restaurant is dan goedkoper dan in de ‘westerse’ supermarkt. We zijn blij dat we de fietsen hebben en goed bekend zijn in omgeving zodat we kunnen gaan waar we willen. De zon schijnt hier geweldig, de lokale mensen zijn vriendelijk, het zeewater is warm, wij houden het hier wel uit.! Hoewel het vandaag een licht bewolkte dag was, wel weer met middag zon, ook een keer lekker. Om de dag hebben we ook Sanna aan de telefoon, die kan niet wachten tot wij bij hem zijn.

Foto’s